Coalitie-akkoord over Voorjaarsnota: theater van zwijgzaamheid

Coalitie-akkoord over Voorjaarsnota: theater van zwijgzaamheid

22 april 2025
Het artikel wekt de indruk dat een handvol politici rustig en verantwoordelijk “akkoord” bereiken over andermans geld. Door termen als “coalitie” en “voorjaarsnota” klinkt het alsof het om gezamenlijk beleid gaat, terwijl de lezer ongemerkt wordt meegezogen in het idee dat besturen zonder toestemming volkomen normaal is — mits het maar stil gebeurt.

Het akkoord is rond. Maar de burger mag het niet weten

Wat gebeurt er als politici een akkoord sluiten over miljarden aan 'ombuigingen', maar niemand wil zeggen waar die vandaan komen?

Dan zijn we aangekomen bij het ritueel der Voorjaarsnota, waarin gekozen volksvertegenwoordigers zich gedragen als leden van een geheim genootschap. Het NOS-artikel bericht braaf over het bereikte akkoord, maar laat — zoals gebruikelijk — het machtsmechanisme achter het theater ongemoeid.

We lezen dat de onderhandelaars "zwijgzaam" zijn over de bezuinigingen die eraan komen. Dat klinkt spannend en bijna elegant, maar in werkelijkheid is het een ander woord voor: ze willen het volk pas informeren als er geen verzet meer mogelijk is. Of in de woorden van Larken Rose: wie macht claimt zonder verantwoording, bedrijft georganiseerde misdaad — met een stropdas.

De NOS als hofverslaggever van het paleis

De rol van de NOS? Die van ceremoniemeester van het staatscircus. Geen kritische vragen over de legitimiteit van het proces, geen doorvragen over wíé er precies geraakt worden door deze bezuinigingen (hint: nooit het ministerie zelf). Alleen het verslag van de bewegingen in het marionettentheater: wie stond wanneer voor de deur van het ministerie, wie glimlachte, wie zei niets. Alsof dat informatie is. Alsof dat journalistiek is. Het artikel stelt zonder knipperen dat "de coalitiepartijen hebben ingestemd met ombuigingen op de begroting van 2025", zonder te vermelden dat deze 'ombuigingen' een ander woord zijn voor belastingverhogingen, versoberingen van diensten, of het doorschuiven van de rekening naar de volgende generatie.

De creatieve semantiek van het bezuinigen

In deze schimmige politieke alchemie wordt het woord 'bezuinigen' gebruikt alsof de staat iets van zichzelf zou opofferen. Maar dat gebeurt nooit. De staatskas is een eufemisme voor jouw portemonnee. Wat hier 'bezuiniging' heet, betekent meestal slechts een herschikking van geplande plundering: minder voor groep X, méér voor groep Y, zonder de illusie op te geven dat dit allemaal 'rechtvaardig' of 'noodzakelijk' is.

De ware bezuiniging zou zijn: een fundamentele stop op het afromen van productieve mensen. Maar dat staat uiteraard nooit op de agenda. Wel op jouw aanslagbiljet.

Gehoorzaamheid als vanzelfsprekendheid

Wat dit artikel vooral onthult — onbedoeld, uiteraard — is hoezeer we gewend zijn geraakt aan het idee dat een kleine groep mensen met toegang tot een gebouw in Den Haag het recht heeft om naar believen over het inkomen van miljoenen anderen te beslissen.

En hoe weinig vragen daarover gesteld worden. Niet door de journalisten. Niet door de meeste burgers. De stilte van de onderhandelaars is besmettelijk. "Zwijgen is instemmen", zegt het spreekwoord. In dit geval zwijgt de overheid over haar komende rooftocht, en de journalist zwijgt met haar mee. Misschien omdat hij vergeten is dat hij ooit geacht werd de macht te controleren, niet te masseren. Of misschien omdat hij weet dat in het koninkrijk der gehoorzamen, elke fluistering van kritiek klinkt als verraad.